Technologie, vrouwen en gendervooroordelen
“De digitale sector blijft een mannenbastion. Dat is niet zomaar een veronderstelling, maar de realiteit”, zegt ingenieur Valérie Tanghe, Managing Director bij Accenture Belgium. Het gendervooroordeel dat hiervan de oorzaak is, houdt risico’s in.
« La température ambiante idéale se situerait, selon les diverses recherches, entre 22 °C et 24 °C chez les hommes contre 24 °C et 26 °C chez les femmes, commente Valérie Tanghe, ingénieure, Managing Director, Accenture Belgium. Le chiffrage diffère, pas le constat : il y aurait environ quatre degrés de
“Volgens allerlei onderzoeken ligt de ideale kamertemperatuur bij mannen tussen 22°C en 24°C en bij vrouwen tussen 24°C en 26°C”, aldus ingenieur Valérie Tanghe, Managing Director bij Accenture Belgium. “De cijfers verschillen lichtjes, maar de studies zijn het erover eens dat er vier graden verschil is in de comforttemperatuur bij mannen en vrouwen … Maar wordt er ook rekening mee gehouden?” En vooral: waarom komen beide geslachten elkaar niet halfweg tegemoet bij 24°C, want dan voelt iedereen zich comfortabel?
Dat we van elkaar verschillen is een interessante vaststelling. Want als de herfst aanbreekt, ondergaan we verschillend de lagere temperaturen. Daar zijn biologische redenen voor, maar het gaat ook om een maatschappelijke keuze. Zo zijn de temperatuursnormen door mannen voor mannen ingevoerd. Voor de techsector geldt precies hetzelfde.
Algoritmes ontwikkeld door mannen … voor mannen
Terwijl mannelijke ingenieurs en informatici grotendeels de techsector in handen hebben, laat journaliste Caroline Criado-Perez zien welke onbewuste vooroordelen aanwezig zijn in de data die gebruikt worden om consumentenproducten te ontwikkelen en te verkopen of de samenleving te organiseren. In haar boek “Invisible Women: Exposing Data Biais in a World Designed for Men” toont ze aan dat vrouwen op allerlei domeinen ondervertegenwoordigd zijn. “Momenteel is dat bijvoorbeeld duidelijk het geval voor AI”, zegt Valérie Tanghe. “De algoritmes waar artificiële intelligentie op steunt, houden onvoldoende rekening met wat vrouwen nodig hebben.”
Dit hoeft natuurlijk niemand te verbazen. Volgens de Unesco zijn slechts 12% van de onderzoekers inzake artificiële intelligentie en 6% van de softwareontwikkelaars vrouwen. “Terwijl digitale technologieën ons dagelijks leven ingrijpend veranderen, zijn vrouwen sterk ondervertegenwoordigd in het onderzoek naar en de ontwikkeling van deze technologieën”, aldus Valérie Tanghe. “Die situatie is het gevolg van onbewuste vooroordelen, er zit geen kwaad opzet achter. Maar het is wel de realiteit.”
Data zijn noch abstract, noch neutraal
De kans dat vrouwen en meisjes digitale technologieën in hun voordeel kunnen gebruiken om eenvoudige doelstellingen te bereiken, ligt momenteel wereldwijd 25% lager dan bij mannen. Vrouwen en meisjes zijn ook vier keer minder in staat om te programmeren en de kans dat ze een octrooi indienen op het domein van de informatie- en communicatietechnologieën ligt zelfs dertien keer lager.
In principe heeft artificiële intelligentie geen enkel besef van genderkwesties. AI heeft alleen weet van massa’s pixels in digitale beeldbanken en lettervolgordes zonder betekenis afkomstig van miljarden teksten en opgestapeld in gigantische databases. Maar Valérie Tanghe wijst ons erop dat de data zelf noch abstract, noch neutraal zijn: “Ze zijn niet alleen de directe weerspiegeling van de maatschappij waarin we leven, maar ook van de deels arbitraire vooroordelen van de personen die de data verzamelen en organiseren.”
Het is geen toeval dat als je een AI-tool vraagt om een beeld te geven van iemand die een chirurgische ingreep uitvoert, je vlot tientallen beelden van mannelijke chirurgen krijgt, zonder ook maar één vrouw in het rijtje. En het is al evenmin toevallig dat de prompt om een portret van een CEO te geven, bijna systematisch uitmondt in het gezicht van een man van het Kaukasische type van ongeveer vijftig jaar.
Stereotypen wegen zwaar door
Laten we niet naïef zijn. “De digitale sector blijft voor het overgrote deel een mannenzaak, zowel in de hoofden van de mensen als in de realiteit”, meent Valérie Tanghe. “De informatietechnologieën hebben nochtans een veelbelovende genderneutrale start gemaakt. Maar het gewicht van de stereotypen heeft ook hier geleid tot onbewuste vooroordelen.”
Toch is de situatie volgens de specialisten niet hopeloos en kan AI tegelijk ook voor de oplossing zorgen: “Algoritmes zijn nieuwe wapens om vooroordelen aan het licht te brengen, te kwantificeren en uiteindelijk te corrigeren.”
Maar ondertussen blijft de techsector overwegend mannelijk. “Het is er nog steeds met een vergrootglas zoeken naar vrouwen”, stelt Valérie Tanghe vast. “Slechts 17,2% van alle ICT-ingenieurs in België zijn momenteel vrouwen, iets minder dan het Europees gemiddelde. Dit doet vragen rijzen over de toekomstige ontwikkeling van technologieën en AI in het bijzonder.”
Het evenwicht is nog veraf
Valérie Tanghe, ICT Woman of the Year 2023, wijst er graag op dat bij Accenture een vrouw aan het hoofd staat van de wereldwijde organisatie. Bovendien is het streefdoel dat alle teams voor de helft uit vrouwen zouden bestaan. “Gendergelijkheid is voor ons een prioriteit. Alle medewerkers hebben de opdracht om stereotypen en vooroordelen te bestrijden en een inclusieve en gediversifieerde omgeving te bevorderen.” Accenture wil tegen 2025 gendergelijkheid in het personeelsbestand bereiken, terwijl leidingggevende posities voor 30% door vrouwen moeten worden bekleed.
Is Accenture een uitzondering? Informaticus en AI-specialist worden nog altijd als mannenberoepen beschouwd. Terwijl de gezondheidszorg en justitie, die aan aantrekkingskracht inboeten wegens de lagere lonen, voor vrouwen zouden zijn weggelegd. Vooroordelen zijn dus onvermijdelijk, zowel in de trainingsdata als bij het ontwikkelen van AI of het gebruik ervan.
In het Belgische hoger onderwijs is iets minder dan één derde van de ingenieursstudenten een vrouw. En van die minderheid kiezen slechts weinig vrouwen voor ICT en ingenieurswetenschappen. Zelfs nu er een krapte aan talent is op de arbeidsmarkt kiezen vrouwen niet voor digitale opleidingen en beroepen.
Het creëren van algoritmes niet beperken
“De genderstereotypen in het onderwijs en de media houden de mannelijke ‘geek’-cultuur in stand en versterken het idee dat vrouwen zich eerder voelen aangetrokken door zogeheten ‘zachte’ wetenschappen, terwijl mannen van nature zouden schitteren in zogeheten ‘harde’ wetenschappen”, zegt Valérie Tanghe, die haar diploma als ingenieur elektronica heeft behaald toen nog maar heel weinig vrouwen voor die studie kozen.
Valérie Tanghe beschouwt het als haar missie om hierin verandering te brengen. Volgens haar wordt het gebrek aan genderdiversiteit in de techsector problematischer nu de digitale transformatie versnelt en artificiële intelligentie terrein wint. “Het is essentieel dat het creëren van algoritmen niet in handen van één enkele bevolkingscategorie blijft. Het is ruimschoots bewezen dat genderdiversiteit en diversiteit in het algemeen voordelen opleveren in bestuursorganen en in technologieën die onze maatschappij ingrijpend veranderen. Uiteenlopende standpunten en talenten die onze samenleving weerspiegelen, zorgen gegarandeerd voor objectievere en duurzamere technologische oplossingen.”
Voor een digitale sector die de bevolking vertegenwoordigt
Valérie Tanghe pleit bij verenigingen, overheden en bedrijven voortdurend voor initiatieven die voor een grotere (gender)diversiteit in de digitale sector zorgen.
“We moeten meisjes hierover aanspreken nog vóór ze een hogere studie kiezen, dus rond 16-17 jaar. Vrouwen moeten tijdens hun loopbaan steun krijgen om structurele vooroordelen te overwinnen. We moeten hen aanmoedigen om mee te bouwen aan de wereld van morgen. We moeten absoluut meer vrouwen naar de sector toeleiden, zodat de digitale technologieën aansluiten bij de doelgroepen waarvoor ze bestemd zijn. Nieuwe generaties zullen hieruit inspiratie putten en de genderstereotypen die aan de digitale sector kleven, doorprikken. Ten slotte moeten we meisjes tonen hoe aantrekkelijk en boeiend wetenschappelijke beroepen zijn, zodat ze die in de toekomst overwegen bij hun studie- en beroepskeuze.”